Kinderalimentatie jongmeerderjarige kinderen

15 mei 2017 09:22

Kinderalimentatie jongmeerderjarige kinderen

Als de communicatie tussen ouder en kind slecht is, blijkt de betaling van een bijdrage aan het jongmeerderjarige kind regelmatig op problemen te stuiten. Vaak wordt door de ouder geroepen dat het kind werkt of kan werken, zodat geen bijdrage meer betaald behoeft te worden. Er is nog veel onduidelijkheid over alimentatie en jongmeerderjarigheid.

Ouders zijn verplicht te voorzien in de kosten van levensonderhoud en studie van meerderjarige kinderen tot 21 jaar. Vanaf voormelde datum is die verplichting er in beginsel niet meer. Als voor de 18-jarige leeftijd door de rechtbank een bijdrage is vastgesteld dan moet die bijdrage betaald worden tot de 21-jarige leeftijd. Het kind kan zijn ouder(s) wel aanspreken op een hogere bijdrage. De behoefte van het kind neemt toe vanaf het bereiken van de 18-jarige leeftijd (geen aanspraak meer op kinderbijslag; kosten zorgpremie en collegegeld).

Er is dus een onderhoudsplicht jegens de jongmeerderjarige tot 21 jaar ongeacht of het kind eigen inkomsten heeft. Op een jongmeerderjarig kind rust namelijk geen verplichting om te gaan werken, zodat door middel van eigen inkomsten in de kosten van levensonderhoud en studie kan worden voorzien. In een procedure tussen ouder en jongmeerderjarig kind behoeft het kind alleen maar te verwijzen naar de in de wet opgenomen onderhoudsplicht van zijn ouders. Dit betekent echter niet dat de eventuele eigen inkomsten niet van belang zijn. Wat het kind verdient kan van invloed zijn op de hoogte van de behoefte van het kind aan een onderhoudsbijdrage. Bij de bepaling van de behoefte van een jongmeerderjarige zijn geen richtlijnen voorhanden. Er wordt veelal aangesloten bij de WSF-normen voor studenten. Studietoelagen, die niet moeten worden terugbetaald, werken behoefte verlagend en dit geldt ook voor de ontvangen zorgtoeslag.

Bij de eigen inkomsten moet het overigens wel gaan om substantiële en structurele inkomsten. Wat hieronder valt is niet helemaal duidelijk, de lagere rechtspraak is hierover casuïstisch. Het hangt af van de omstandigheden. Als af en toe een paar uurtjes gewerkt wordt dan worden die inkomsten buiten beschouwing gelaten. Zo heeft het Gerechtshof in Amsterdam inkomsten uit een bijbaantje van één dag per week met een uurloon van € 4,- niet meegenomen. Als het kind vervolgens stopt met zijn bijbaantje, kan door de ouder niet gesteld worden dat met die inkomsten gerekend moet worden. Bij de bepaling van de (aanvullende) behoefte van jongmeerderjarigen zijn immers uitsluitend de feitelijke inkomsten bepalend en niet hetgeen de jongmeerderjarige aan inkomsten had kunnen hebben.

Het voeren van procedures door ouders tegen jongmeerderjarigen of vice versa is niet aan te raden. Dit leidt tot heel veel emotie en kan de verstandhouding, die al niet best is, nog meer verslechteren. Het advies is, neem tijdig contact op met een advocaat, die u kan adviseren. «

Wilma de Wit

Huisman advocaten

wwww.huismanadvocaten.nl

terug

Reacties op dit artikel

Reactie plaatsen? Log in met uw account.

Om de gebruiksvriendelijkheid van onze website en diensten te optimaliseren maken wij gebruik van cookies. Deze cookies gebruiken wij voor functionaliteiten, analytische gegevens en marketing doeleinden. U vindt meer informatie in onze privacy statement.