De transitievergoeding: wat moet je weten?

3 mei 2024 11:34

• Personeel & organisatiemanagement

Als werkgever sta je voor diverse uitdagingen. Van het aantrekken en behouden van talent tot het efficiënt managen van teams, er komt veel bij kijken. Naast het aantrekken en behouden van talent heb je helaas ook wel eens te maken met afscheid nemen van een medewerker. Dit is in veel gevallen, voor alle betrokken partijen, geen leuke gebeurtenis. Naast dat dit op persoonlijk vlak een vervelende gebeurtenis is, die gevolgen heeft voor de medewerker, vraagt het ook om de nodig aandacht van de werkgever. Zo moet er voor een goede financiële afronding een eindafrekening worden opgesteld. In het geval van ontslag door de werkgever is de transitievergoeding hier meestal onderdeel van. In dit artikel lees je meer over de betekenis ervan, hoe het wordt berekend, wat de specifieke regels voor oproepkrachten zijn en welke uitzonderingen er gelden.  

Wat is een transitievergoeding?

De transitievergoeding is een financiële vergoeding die je als werkgever in de meeste gevallen aan een medewerker betaalt bij ontslag. Bijvoorbeeld als je een medewerker ontslaat om specifieke redenen, of als je een tijdelijk arbeidscontract niet verlengd. Deze vergoeding is bedoeld voor medewerkers om de overgang naar een nieuwe baan te vergemakkelijken en financiële steun aan te bieden tijdens deze periode van onzekerheid.

Sinds 1 januari 2020 geldt de transitievergoeding voor alle medewerkers, met alle soorten contracten, vanaf de eerste dag van de arbeidsovereenkomst. Dit is vastgelegd in de Wet arbeidsmarkt in balans (WAB). De uitbetaling en berekening van de transitievergoeding vereisen vaak de betrokkenheid van de HR- en salarisadministratie om ervoor te zorgen dat deze correct wordt doorgevoerd.

De berekening van een transitievergoeding

Het berekenen van een transitievergoeding is gebaseerd op het aantal dienstjaren en het bruto maandsalaris van de medewerker. Voor elk volledig dienstjaar heeft de medewerker recht op 1/3 van zijn of haar bruto maandsalaris.

Stel, jouw medewerker is 8 jaar en 3 maanden in dienst geweest en had een bruto maandsalaris van €3.000. Om te beginnen bereken je de vergoeding over het aantal hele dienstjaren. 8 jaar x (1/3 van €3.000 bruto maand salaris) = €8.000. Dan zijn er nog 3 maanden over, dit is 0,25 dienstjaar. Die bereken je als volgt: 0,25 dienstjaar x (1/3 van €3.000) = €250. De totale bruto transitievergoeding komt dan uit op: €8.250.

Maar let op, de transitievergoeding kent een maximum. Ieder jaar wordt het maximale bedrag bepaald door het Centraal Planbureau, in 2024 bedraagt de maximale transitievergoeding €94.000 bruto. Verdient jouw medewerker meer dan €94.000 per jaar? Dan is de maximale vergoeding gelijk aan 1 bruto jaarsalaris.

Is jouw medewerker nog geen volledig jaar in dienst? Dan bereken je de transitievergoeding op een andere manier. Daarbij hoort de volgende formule: (bruto salaris ontvangen over resterende deel arbeidsovereenkomst/ bruto maandsalaris) x (1/3 van bruto maandsalaris / 12).

Hoe werkt het voor oproepkrachten?

Voor oproepkrachten werkt de berekening van de transitievergoeding net even wat anders, omdat oproepkrachten vaak geen vaste uren maken en geen vast maandsalaris hebben. Daarom wordt het gemiddeld aantal gewerkte uren per maand berekend. Dit doe je door het totale aantal gewerkte uren van de laatste 12 maanden bij elkaar op te tellen en te delen door 12 maanden. Is de contractduur korter dan één jaar? Bereken het dan naar ratio.

Vervolgens wordt de vergoeding berekend op basis van het aantal gewerkte jaren. Voor elk volledig dienstjaar heeft de oproepkracht recht op 1/3 van zijn of haar gemiddeld bruto maandsalaris. Heeft de medewerker 6 jaar voor je gewerkt? Dan ontvangt hij of zij 2 maandsalarissen als transitievergoeding (6 x 1/3). Blijven er nog een paar maanden over? Dan komt daar nog eens 1/36 maandsalaris per maand bij en bij resterende dagen wordt daar 1/1095 per dag bij opgeteld. Houd er wel rekening mee dat deze regeling alleen geldig is bij een ontslag via het UWV of de kantonrechter.

Uitzonderingen voor de transitievergoeding

Er gelden enkele uitzonderingen waarin je als werkgever geen transitievergoeding verschuldigd bent aan je medewerker. Dit geldt in de volgende situaties:

• Als de arbeidsovereenkomst wordt beëindigd door wederzijds goedvinden, en je samen een eventuele ontslagvergoeding afspreekt. 
• Als de medewerker wordt ontslagen vanwege ernstig verwijtbaar handelen.
• Als de medewerker bij het ontslag jonger dan 18 jaar is, en gemiddeld niet meer dan 12 uur per week werkt.
• Wanneer de AOW-leeftijd is bereikt, of wanneer de medewerker recht heeft op pensioen.
• Als de leeftijd van de medewerker bij ontslag hoger is dan de leeftijd waarop hij of zij recht heeft op AOW of pensioen.
• Wanneer er in de cao andere afspraken zijn gemaakt.
• Als de medewerker voor het einde van de tijdelijke arbeidsovereenkomst een nieuwe tijdelijke arbeidsovereenkomst krijgt die binnen 6 maanden na het einde van de vorige arbeidsovereenkomst ingaat.

Interessant artikel? Deel het: