Giesbers Groep ontwikkelt in houtbouw: Directeur John de Beijer: “Niet afwachten, maar stappen vooruit zetten.”

30 maart 2021 13:00

Bouwend Nederland zit in een lastige spagaat: De Rijksoverheid wil dat er meer gebouwd wordt terwijl tegelijkertijd de CO2-uitstoot omlaag moet. Houtbouw zou aan de oplossing van dit probleem kunnen bijdragen. Bij Giesbers ontwikkelen en bouwen in Wijchen zijn ze er enthousiast over.

De foto’s van al bestaande houtbouw zijn indrukwekkend. Warm, comfortabel, ruimtelijk. Wie zou daar nou niet in willen wonen? Giesbers ondervond al dat er veel belangstelling bestaat voor woningen van dit materiaal. Recent is in Eindhoven gestart met de bouw van project Puur Wonen in Meerhoven. Het gaat om 56 woningen, die allemaal al verkocht zijn. “We hebben bewust voor Eindhoven gekozen”, vertelt directeur John de Beijer van Giesbers. “Binnen deze high tech regio is sprake van een meer internationaal georiënteerde woonconsument, die al enigszins bekend is met houtbouw. Want de materie is nieuw. Het is een spannende vraag hoe de Nederlandse consument het oppikt.”

De keus voor Eindhoven blijkt, gelet op de snelle verkoop van de woningen, een juiste geweest te zijn. Giesbers wordt nu regelmatig door partijen die interesse hebben in bouwen met hout, gebeld om informatie en ervaringen. Daar wordt gehoor aan gegeven. Zowel in conceptontwikkeling, bouw en nazorg probeert het bedrijf te innoveren. Dat draagt het bedrijf graag uit. “Niet afwachten, maar stappen vooruit zetten. Dat zit in ons DNA”, stelt John de Beijer.

Grondstoffen

Maar bouwen met hout – in de bouwwereld spreekt men van CLT: Cross Laminated Timer- is niet alleen leuk en aardig; er zit ook een noodzakelijke kant aan. Paul van Doorn, senior planontwikkelaar bij Giesbers: “We bouwen nu nog vooral met eindige grondstoffen als beton, baksteen en metaal, die in sneltreinvaart aan het opraken zijn. Zelfs de voorraad (bouw)zand is eindig, hoe gek het ook klinkt. We moeten dus op zoek naar alternatieve niet eindige grondstoffen. Hout is een goede optie. Tijdens de groei neemt hout zelfs CO2 op, in plaats van dat het CO2 uitstoot. In diverse Europese landen zijn grote arealen productiebos beschikbaar. En als je meteen weer aanplant, dan staat er over 30 jaar een nieuw productiebos gereed. Door hout te gebruiken ontstaat dus een win-win situatie.”

Energietransitie

Zowel de bouwwereld als de consument zijn volledig afgestemd op bouw met traditionele materialen zoals beton, steen en metaal. De introductie van houtbouw is dus niet van de ene op de andere dag gerealiseerd. Paul van Doorn maakt een vergelijking met energieneutraal bouwen. Per 1 januari van dit jaar is dat verplicht. Huizen moeten net zoveel energie opwekken als er gebruikt wordt. “We hebben er als bouwsector tientallen jaren aan gewerkt om die energietransitie voor elkaar te krijgen. Het zelfde proces zien we nu bij het materiaalgebruik. We gaan van een lineaire naar een circulaire economie. Maar dat kost tijd en inspanning.”

Milieu eisen

De overheid heeft sinds 2018 een instrument in handen om die overgang naar duurzaam materiaal gebruik te bevorderen. Dat is de MilieuPrestatie Gebouwen, kortweg MPG. Daarin zijn de milieuprestaties voor de materialen van gebouwen in beeld gebracht. Door hier eisen aan te stellen kan de overheid aan een knop draaien, want de eisen kunnen steeds verder aangescherpt worden. “Dat gebeurde ook bij het meetinstrument (EPC) voor de energietransitie”, vergelijkt John de Beijer. Die aanscherping van de MPG zit er wel aan te komen, gelet op de overheidsambities. In 2050 moet de bouw volledig circulair zijn. “Dat klinkt ver weg. Het duurt nog 30 jaar.

Maar in 2030 is het doel dat we al op de helft zijn”, weet Paul van Doorn. Hij denkt dat de bouw een flinke bijdrage kan leveren aan de milieuproblematiek. De sector maakt circa 10 procent uit van de hele Nederlandse economie. Niet alleen worden in de sector veel grondstoffen gebruikt, er ontstaat ook veel afval gedurende het bouwproces en bij de sloop. Bij houtbouw zal dat minder zijn. Houtbouw wordt in elkaar geschroefd en kan dus net zo gemakkelijk weer gedemonteerd en hergebruikt worden. “We gaan van vastgoed naar losgoed”, noemt Paul van Doorn het.

Steenrijk

Omdat de consument nog niet goed bekend is met houtbouw, zal die met bedenkingen komen. Bijvoorbeeld dat hout minder lang mee zou gaan. Het spraakgebruik kent niet voor niets de uitdrukking ‘steen-rijk’. Die getuigt nog van de oude insteek dat een huis van steen pas écht een waardevol bezit is. Beide gesprekspartners zijn ervan overtuigd dat houtbouw net zo lang mee gaat als beton en metaal. Bovendien zijn de traditionele materialen na zo’n 50 jaar waardeloos geworden, terwijl hout nog prima her te gebruiken is. Het heeft dus nog waarde.

John de Beijer wijst ook op de houten balken en vloeren in oude huizen. Over het algemeen zijn die nog steeds in prima staat. Hij wijst verder op de bouwconstructies van zwembaden en pekelopslag langs Nederlandse wegen. Die zijn van hout omdat ze zo goed bestand zijn tegen de inwerking van chloor, pekel en vocht. Ook wat brandveiligheid betreft doorstaat houtbouw de vergelijking met traditionele materialen. Staal brandt door en een constructie zal instorten. Maar hout brandt in en de constructie blijft langer behouden.

Kostprijs

De kostprijs is nog wel een aspect dat te denken geeft. Houtbouw is, vanwege de nog kleinschalige toepassing, duurder dan de traditionele bouw. Er zijn instrumenten nodig, die de transitie naar dit circulaire bouwmateriaal vooruit helpen. De overheid is hier een belangrijke partij in. Die kan de eerder genoemde MPG aanscherpen. Ook kan de overheid lineair materiaal zwaarder gaan belasten (true pricing) dan circulair materiaal waaronder hout. Financiële instellingen kunnen door middel van gunstige hypotheekvoorwaarden houtbouw stimuleren.

Woningbouwcorporaties kunnen hun bijdrage leveren door op wijkniveau seriematig te gaan bouwen. Dan verlagen toeleveranciers vanwege de schaalvergroting hun prijzen. “Mét elkaar moeten we die circulaire ambitie centraal stellen. Vanuit een intrinsieke motivatie kunnen we gezamenlijk die stap zetten. Dan krijgen we de consument mee om vanuit de mainstream richting circulaire economie te gaan”, besluit Paul van Doorn.

Persoonlijk. Verrassend. Passend.

De Giesbers bedrijven zijn gevestigd in Nieuwegein, Rotterdam en Wijchen. Ze zijn zelfstandig opererende bedrijven binnen Giesbers Groep, onderdeel van de holding van de familie Trebbe en zusje van de Trebbe-bedrijven.

“Als ontwikkelende bouwpartner stoppen wij nooit na te denken over hoe dingen beter kunnen. Want wij zijn ervan overtuigd dat ook wij een rol te vervullen hebben en op onze eigen, persoonlijke wijze en met duurzame partnerships een bijdrage kunnen leveren aan een betere leef-, woon- en werkomgeving. Een samenleving met aandacht voor elkaar. Het begint allemaal met de persoonlijke manier van werken die ons volgens opdrachtgevers kenmerkt: informeel, betrokken, vertrouwd en meedenkend. Om vervolgens met de best passende oplossingen te komen voor de vragen van morgen. Oplossingen die verrassen.”, meldt de website van Giesbers Ontwikkelen en Bouwen.

GIESBERS ONTWIKKELEN EN BOUWEN

Nieuweweg 184

6603 BT Wijchen

Telefoon 024 – 649 28 11

E-mail info@giesberswijchen.nl

www.giesberswijchen.nl

Tekst: Paul de Jager // Fotografie: Huub Luijten

Interessant artikel? Deel het: